5 dingen die je kunt leren van spellen

Games zijn mijn passie. Ik hou van spellen in alle soorten en maten, maar vooral van de analoge spellen, de spellen die je speelt met elkaar. De laatste jaren wordt steeds duidelijker hoeveel je kunt leren van spellen. Maar wat kun je nou concreet leren van spellen? Dit zijn alvast de 1e 5 dingen (want er zijn er meer :)).

1. Goed winnen & verliezen

Ik verlies. Doorlopend. Van iedereen. Altijd. Dat maakt dat ik enorm goed tegen mijn verlies kan. Dat ik me realiseer dat ‘het maar een spelletje is’, dat het echte leven gewoon doorgaat en dat het dus helemaal niet erg is een keer op je bek te gaan. Een belangrijke skill in een tijd waarin je moet proberen, moet oefenen, dingen moet ondernemen om verder te komen. Niet alleen vierjarigen moeten leren met frustratie om te gaan, dat moeten we allemaal, en het leren een goede verliezer te zijn helpt daarbij.

De tegenhanger is het winnen. Net zoals je een slechte verliezer kunt zijn, kun je ook een slechte winnaar zijn. Opscheppen, jezelf doorlopend op de schouder kloppen, anderen ermee blijven pesten, jezelf uitroept tot king of the hill – het maakt je tot een vervelende persoonlijkheid waar niemand graag iets mee doet. Of het nu een spel is of een project.

Goed winnen en goed verliezen betekent dat je kunt omgaan met obstakels, met frustraties, weet dat je je best moet doen maar ook dat je jezelf niet te serieus moet nemen, Dat het soms aan jou ligt, soms aan de anderen en soms gewoon ook echt aan de situatie. En dat er iedere keer weer een nieuwe kans is om iets uit te proberen.

2. Problemen oplossen

Elk spel heeft een speldoel, en de kunst is erachter te komen hoe je het beste, snelste en als eerste dat doel kunt bereiken. Onderliggende strategieën herkennen, meerdere tactieken uitproberen, probleemoplossen, je gedachten omzetten in acties, het zijn handige vaardigheden die je op meerdere gebieden kunt inzetten. Het helpt om ook in het echte leven te zien dat schijnbaar onmogelijk op te lossen problemen met misschien een andere strategie wel op te lossen zijn, dat je niet vastzit aan een methode, dat je soms wat moet uitproberen om tot een succes te komen.

3. Communiceren

Een nieuwe categorie spellen zijn die waarbij je moet samenwerken om gezamenlijk te winnen van het spel – of te verliezen, wat vaak gebeurt. Het speldoel is een gezamenlijk doel dat je alleen kunt bereiken als je goed met elkaar communiceert. Het spel gooit allerlei obstakels naar je toe die je gezamenlijk moet overwinnen. Praten dus, over mogelijke acties, over wat je van plan bent, over hoe jij denkt het gezamenlijke doel te bereiken… en als je dat niet doet, dan kun je goed oefenen met punt 1: leren verliezen.

4. Inleven in een ander

Je inleven in een andere rol dan die jij dagelijks speelt maakt dat je je inleeft in een ander, een ander perspectief neemt, inzichtelijk krijgt dat andere mensen misschien wel eens anders naar de wereld kijken dan jij – en dat dat helemaal niet zo raar is. In een spel dat ik ontwikkelde voor een gemeente moesten projectmanagers zich inleven in de rol van wethouder of burger en van daaruit naar een maatschappelijk probleem kijken. Alleen al dit inleven leverde gelijk resultaat op: begrip voor de ander, uit de ogen van de ander naar een probleem kijken en hilarisch acteerprestaties waardoor er ook nog veel werd gelachen – wat ons gelijk tot het laatste punt brengt.

5. Lol

Lachen met elkaar, om elkaar, over het spel, over de opdrachten, over de acteertalenten van je buurman, over het feit dat je gewonnen hebt of juist dat je verloren hebt, dat je een briljante move hebt gemaakt, dat je de stomste actie ooit hebt gedaan, dat je jezelf eerst op de borst slaat en dan juist met elkaar moet concluderen dat het spel alweer gewonnen heeft… Spellen doen met elkaar is lol hebben. Het creëert een manier om interactie te hebben, om te leren, te proberen, te falen, te lachen. Maar wat het vooral doet is mensen samenbrengen. Telefoons aan de kant, even geen Facebook, maar elkaar in de ogen kijken en gaan. Met een hoop lol.